Tackel wateroverlast met België en Duitsland
ARTIKEL UIT ‘BINNENLANDS BESTUUR’ 22-07 28-29
Interview met Gerard IJff, wethouder in Meerssen o.a. voor waterbeheer, voorheen lid van het Dagelijks Bestuur van Waterschap Limburg
1. Wat zijn de belangrijkste maatregelen die tot nu toe al genomen zijn in Meerssen om herhaling van de overstroming zoals afgelopen juli te voorkomen?
Dat zijn er te veel om op te noemen. We hebben zelf als gemeente met het Waterschap het programma Water in Balans verder geïntensiveerd. Dat heeft geleid tot het realiseren van een buffer nabij de Pletsmolen in Meerssen, tot het verlenen van medewerking aan een extra buffer bij de Visweg, over het wegwerken van achterstallig onderhoud aan de kwelsloten en duikers in het gebied Bunde-Brommelen-Westbroek. Daarnaast het doorrekenen van het gehele rioolstelsel van Bunde omdat uit die kern te veel onverklaarbare klachten van wateroverlast kwamen. Tot slot zijn we concreet aan de slag gegaan met de Cascade bij de Prins Bernardlaan in Bunde en met het Leukdervoetpad en de realisatie van de daar noodzakelijke buffers.
2. Is de gemeente daarbij tevreden over de samenwerking met Waterschap, Provincie en Rijkswaterstaat? Indien nee: wat schort er tot nu toe aan?
We hebben elke twee weken en overleg met RWS en het waterschap. Dit informele ambtelijk-bestuurlijke overleg leidt er toe dat de informatie uitwisseling intens is en concrete stappen gezet worden. Zo hebben we in kaart gebracht welke Waterstaat werken er in het gebied Bunde-Westbroek liggen en van wie ze zijn. Dat is nu afgerond en is te vinden op onze website. Nu gaan we bezien hoe het onderhoud geregeld is en welke zaken nog ontbreken. Het feit dat dit een hele klus was zegt al genoeg.
Ik ben dus zonder meer tevreden over de samenwerking al wordt soms mijn geduld wel op de proef gesteld. Soms verwacht ik dat zaken sneller opgepakt worden, maar ja we hebben het allemaal druk en alles moet liefst morgen klaar zijn. Geduld is niet mijn sterkste eigenschap.
3. Schets svp – op hoofdlijnen – de aanpak die in de steigers staat voor Meerssen om te voorkomen dat er weer zo’n overlast en schade ontstaat als afgelopen zomer.
Een watersnood situatie zoals we vorig jaar in juni en juli hebben meegemaakt is van ongekende omvang en intensiteit. Berekend is dat vanuit het huidige klimaat die situatie zich 1 keer in de 1000 jaar zal voor doen. Daar kun je je en wil je je dus niet tegen wapenen. Dat zou ook onbetaalbaar zijn als het technisch al mogelijk zou zijn. Door de klimaatverandering zullen we er echter rekening mee moeten houden dat die situatie zich vaker gaat voordoen. Dat kan dus ook morgen al het geval zijn. Daar moeten we op voorbereid zijn met maatregelen rond het water beheer, maar ook via afspraken rond zelfredzaamheid in buurten en kernen.
De laatste hand wordt gelegd aan een rapport van Deltaris wat aan moet geven op welke wijze we de woonomgeving in onder andere de gemeente Meerssen het beste kunnen beschermen. Zodra dat rapport er ligt gaan we bezien hoe we de aanbevelingen kunnen realiseren. Het zal echter wel een aanpak vergen die vele jaren zal duren. In de tussentijd moeten we komen tot een aanpak die zo veel schade en stress kan voorkomen of verminderen. Ik heb bij een vorige vraag al een aantal voorbeelden genoemd. Bedenk ook dat het Waterschap en de gemeente al veel maatregelen gerealiseerd hadden. Zonder die extra buffers bijvoorbeeld bij onder andere de Visweg maar ook in het gehele stroomgebied van de Geul was het drama nog veel groter geweest. Overigens moeten we wel bedenken dat de realisatie van de maatregelen vele jaren, mogelijk tientallen jaren, zal vragen voordat we helemaal op de toekomst zijn voorbereid. Het is dus een weg van lange adem.
4. Wat is er nodig om te zorgen dat de voorgenomen aanpak voldoende voortvarene in uitvoering wordt genomen?
De drie overheden zullen slagkracht moeten tonen. Polderen is leuk voor draagvlak maar er moeten ook knopen doorgehakt worden. ik denk dat we alle zeilen bij moeten zetten om het rijk en de provincie nu en in de toekomst goed bij de les te houden, om zo het vertrouwen van onze inwoners te kunnen behouden met zichtbare maatregelen.
5. Wat vind je van het – nog te starten – project van de samenwerkende natuurorganisaties (onder leiding van het Wereld Natuurfonds) genaamd “Natuur als bondgenoot” (gericht op het structureel aanpakken van overstroming door meer natuur- en landschapselementen op de hellingen aan te leggen)?
Ik denk dat dergelijke projecten absoluut noodzakelijk zijn. Dat geldt overigens niet alleen vanuit het waterbeheer maar ook als het gaat over landschapsbeheer en de toekomstige rol van de agrarische sector. Bij die transformatie zijn onze agrariërs naast de natuurbeheerders onze natuurlijke bondgenoten.
Ik denk overigens ook dat we nu alle aandacht richten op de wateroverlast en het reguleren van hoge waterafvoer. Ik denk dat we de waterkwaliteit ook niet uit het oog mogen verliezen, zeker ook nu we steeds langere periodes van grote droogten kunnen verwachten. Die andere zijde van de medaille mag niet onder sneeuwen. Denk dan aan een beekdalbrede aanpak, het meanderen van de beken, voorkomen van lozingen van vuil water op het oppervlakte water, en ga zo maar door.
6. Wat kun je vertellen over het overleg en contact met Wallonië gericht op meer samenwerking bij preventie van wateroverlast in het Geuldal?
Dat is absoluut noodzakelijk maar ook heel lastig en stroperig. Dat komt onder andere doordat de organisatie in Wallonië geheel anders georganiseerd is dan in Nederland. Je mist een logische gesprekspartner als het gaat over water beheer. Daarnaast bestaan er natuurlijk ook wel een taal barrière en zijn er cultuur verschillen. De sense of urgency is echter in Duitsland en België zeker sterk aanwezig als je ziet wat de kracht van het water bij onze buren teweeg heeft gebracht met de vele slachtoffers die te betreuren zijn. Misschien moeten we hen wat dat betreft ook meer de helpende hand bieden in plaats van te stellen dat zij onze problemen moeten zien te voorkomen. Overigens waren we ook al via Water in Balans internationaal bezig. Nieuw is het onderwerp dus niet.
ARTIKEL UIT ‘BINNENLANDS BESTUUR’ 22-07 28-29
OPINIE-ARTIKEL VAN HARRY TOLKAMP In 2009 werd de benedenloop van Vlootbeek in het Linnerveld meanderend aangelegd door de uiterwaard, waarbij het landelijk aanzien van dit traject er sterk op vooruit ging. Helaas heeft het Linnerveld een grotendeels zandige en kleiige bodem, waardoor de substraatvariatie nogal beperkt is. De beekbodem bestaat grotendeels uit schuivend zand en modder, waarbij iets grover substraat beperkt is tot de stenen die onder de bruggen in de bedding zijn gelegd op uitspoeling te voorkomen.
OPINIE-ARTIKEL VAN HARRY TOLKAMP In juli 2021 was er een onverwacht hoog water op o.a. de Maas, de Roer en de Geul. Er ontstond veel schade door de overstroming met name in het Geuldal omdat het water niet weg kon en de buffers in het gebied vol waren. Het was een gebeurtenis waar het waterschap niet op voorbereid was, ondanks de vele maatregelen die de afgelopen jaren al waren getroffen in het stroomgebied. Een sterk signaal naar de overheden in Zuid-Limburg om meer buffercapaciteit te creëren in het hele stroomgebied, met name ook via overleg en samenwerking met de buren in Vlaanderen en Wallonië.
Geef de Natuur een stem!
Kiezers bedankt voor jullie stemmen tijdens de waterschapsverkiezingen op 15 maart 2023. Nu is het tijd om de volgende stap te nemen. Word lid!
MeedoenDeze website maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikersbeleving. Lees onze cookieverklaring