
De fundering onder het huis van Elske Schreuder: deel II

Ons Rotterdamse rijtjeshuis uit 1905 bleek op houten palen te staan die in de loop der jaren waren gaan rotten door het grondwaterpeil en de bodemdaling. Die palen, ongeveer 7 per muur, zijn bijna 25 meter lang, en steunen uiteindelijk op de stevige zandlaag.
Er kwamen scheuren in de muur, ook bij de buren. Uit het vooronderzoek bleek dat funderingsherstel noodzakelijk was: er moesten in de keldervloer nieuwe palen geslagen worden waar de oude muren op konden steunen.
Omdat er natuurlijk niet geheid kan worden, kozen we voor de zogenaamde holle schroefpalen. Dat zijn buizen van ongeveer een meter lang, die één voor één de grond ingaan met een hei-schroefmachine. De onderste heeft een soort spitse boorkop (de klei is erg vast). Na zo’n 20 stuks raakt die ondergrondse stapel de zandlaag. Als alle (7 per muur) holle schroefpalen in de grond zitten, worden ze gevuld met dik vloeibaar ‘grout’, dat aan de onderkant de boorkop openduwt en een extra voet vormt. Bovenop de nieuwe palen komt een nieuwe cementvloer, die deels onder de oude muren wordt gestort. De oude houten palen laten ze zitten: te duur om weg te halen, laat maar verder wegrotten
De situatie en het proces.
Elke woning hier heeft drie rijen houten palen waar drie dragende muren op steunen: twee aan de buitenkant, die je deelt met de buur, en één midden in het huis tussen de kamers (waaronder kruipruimte) en de gang (met eronder een kelder).
Der middelste muur is alleen van dat pand, de beide buitenmuren zijn ‘mandelig’ dat wil zeggen van twee buurpanden.
In (intensief en soms precair) overleg met alle buren hebben wij besloten dat wij de twee kelder/gang muren (ook genaamd de ‘smalle beuk’) zouden herfunderen.
De onderhandelingen met onze beide buren over de verdeling van de kosten met betrekking tot de mandelige muren duurden van september 2019 tot december 2020.
Ondertussen zochten we, de drie eigenaren, ook een aannemer. Dat was pionieren, want er is geen begeleiding voor (in tegenstelling tot de fase van het vooronderzoek, via het Funderingsloket). De eerste onderhandelingen duurden van april tot juni. Een beetje Programma van Eisen omvat 6 pagina’s; een overeenkomst tientallen met evenveel bijlagen. Het gaat over technische zaken zoals de keuze van de materialen, over de tijdsplanning, de verantwoordelijkheid en de risico’s (onder andere verzekeringen), de kosten inclusief de verdeling daarvan, de dagelijkse leiding en overleg…
Van onze drie panden zouden wij als laatste aan de beurt komen.
In oktober werd de stoep afgezet en begon het sloopwerk bij de verste buur. Het geluid en getril van drilboren blijkt dus huizen ver te dragen. Niet fijn, zeker niet als je door corona vaak thuis moet werken.
Ons werk bestond (behalve uit wekelijks overleg en dooronderhandelen) uit het leeghalen van de kelder. Twee decennia archief, tuinspullen, voorraad blikvoer, slaapzakken, reserve potten & pannen…. We hebben heel veel weg kunnen geven en bij het weggooien (altijd moeilijk) hebben familieleden kunnen helpen. Van wat we op straat hebben gezet voor de ‘ROTEB’ werd veel meegenomen door medeburgers.
Wat we wilden houden, stapelden we op midden in de tuin, in de eetkamer, en op de logeerkamer.
Begin van het werk bij de middelste, onze directe buren. Op 9 december is de vloer daar uitgehakt en het puin verwijderd en konden de nieuwe palen de grond in.
De buren laten meteen een souterrain aanleggen: “Nu kunnen we er bij!” Er was dus een grote diepe ruimte onder hun ‘brede beuk’, open vanuit de straat en de tuin. Met een laag water en modder er in. Daar is onze ouwe halfblinde poes op een kwade dag ingevallen. Met vereende krachten (buurjongen) hebben we hem er uit gevist, vlak voor de avondklok van 8 uur. Daarna moest hij onder de douche, en wij ook.
In januari 2021 startte het werk ook bij ons. Proefboringen, oude cv-installatie weghalen, oude keldervloer met de drilboor verwijderen. Dat blijkt dus niet alleen lawaai en gedreun op te leveren, maar ook stof. Veel stof. Overal. In het hele huis. Ook op de bovenste verdieping.
Het raampje onder de voordeur en de deur naar de tuin werden weggehaald. Open verbindingen dus. En toen ging het een week vriezen. De gang loopt boven de kelder, dus de vloer van de gang was koud!!!
Begin februari was de oude keldervloer weg, en begon het ±1 meter uitgraven van de kelder, zo’n 35m3 grond. De grond ging via een lopende band de tuin in. Dat werd een kleiberg van 6 meter breed en anderhalve meter hoog…. In doorlooptijd duurde dit het langste, plm 3 weken. Meestal begonnen ze om 7 uur ’s ochtends, en ze moesten via de voordeur, dus wij moesten vroeg op. En weer koffie brengen….
Vervolgens, begin maart, moest de werkvloer op de (vochtige) kleibodem gestort worden.
De apparatuur daarvoor moest achterom, via een (afgesloten) parkeerplaats en de achterkant van de tuin van de buren en een gat naar onze tuin, over de kleiberg naar beneden de kelder in. Er moest een hoogwerker aan te pas komen om de stapels buispalen de tuin in te tillen. (Op zo’n moment begrijp je wel dat de kosten uiteindelijk op 180.000 euro uitkomen…)
De aannemer had wisselende ploegen onderaannemers, zo werd er bijna steeds aan de drie panden tegelijk gewerkt.
Soms lag het bij ons stil omdat er bij de buren een stop was doorgeslagen, of omdat er geen cement gestort kon worden vanwege de vorst.
Maar er zat wel vooruitgang in: op 9 en 10 maart gingen bij ons de schroefpalen de grond in, en werden ze alle 14 (2 x 7) gevuld. Na de weken voorbereiding (keldervloer slopen, kelder uitgraven, werkvloer leggen) duurde dat verrassend kort.
Vervolgens kwamen de vlechters de stalen wapening aanbrengen, waarna een 30 cm dikke betonvloer met de palen en de muren werd geïntegreerd. Met deze ‘tafel-methode’ draagt de onderheide vloer via inkepingen in de muren het huis. Toen kwamen de bekisters weer, waarna betonnen wanden gestort werden die de muren verstevigen en de kelder waterdicht afsluiten.
Zoals gedurende het hele proces, waren er onverwachte tegenvallers. Lekkage van het riool: de wasmachine en het toilet op de begane grond een tijd niet kunnen gebruiken. Opzichter van de gemeente komt langs om de voortgang ter checken, en is niet tevreden: afbreken en opnieuw. Bouwvakker heeft vreselijke kiespijn en moet naar huis.
Begin april was dat achter de rug.
Waar het allemaal om begonnen was, nieuwe funderingspalen waar, via een nieuwe keldervloer, de oude muren op kunnen steunen was gebeurd.
Dit had drie maanden gekost.
Echter, het huis was nog niet op orde. Bij de directe buur moet nog een wand gestort worden, die grenst aan onze tuin. Aan de voorgevel (straat) en achtergevel (tuin) moeten nog vele ‘gaten’ gedicht worden.
De vernieuwde kelder moet nog afgemaakt worden: trappen, deuren, ramen; riool, waterleiding en elektriciteit deels vernieuwen.
Daarna kunnen onze spullen er weer terug in. Wat een ruimte zal dat geven!
En de tuin… Een gevolg van het graafwerk is dat we een kleiberg hebben, die we willen gebruiken om een terras aan te leggen.
Tegen de tijd dat het hele funderingsherstel achter de rug is, kunnen we hopelijk eens rustig in de tuin zitten en terugkijken op het proces, en wat afsluitende tips delen.
Meer info: Elske Schreuder (ElskeSchreuder@indalo.nu)