Klimaatverandering zorgt voor langdurige perioden van droogte en hitte, afgewisseld met vaak extreme neerslag. Het stedelijk gebied is daar op dit ogenblik niet goed op ingericht. Tijdens extreme buien kan er in deze versteende omgeving weinig water geborgen worden en ontstaat al snel wateroverlast. In tijden van langdurige droogte, vaak gepaard gaand met hoge temperaturen, warmt de stad op. Dit kan de waterkwaliteit negatief beïnvloeden. Ook kunnen grondwaterpeilen dalen, waardoor bij huizen die staan op houten funderingspalen, de palen gaan rotten (paalrot).
Hoe kunnen we het stedelijk watersysteem zo inrichten dan wel aanpassen, dat het bijdraagt aan een leefbare, klimaatbestendige stad? Voor een klimaatbestendig stedelijk gebied is een mix van maatregelen nodig. Dit kan variëren van het vergroten van het tijdelijk waterbergend vermogen (vb. waterpleinen), het vertragen van de afvoer (vb. groene daken), een verbetering van de waterkwaliteit (vb. natuurvriendelijke oevers) of het beperken van de gevolgen van wateroverlast (vb. aanpassen drempelhoogtes). Welke maatregel effectief en doelmatig is, hangt af van de analyse die maakt met de sleutelfactoren. De STOWA heeft dit bijeengebracht in een inzichtelijke ‘praatplaat’.