Hoog tijd te starten met de bestrijding van de Amerikaanse rivierkreeften in de Krimpenerwaard
In de nieuwsbrief van april schreef Erik al over de Amerikaanse rivierkreeften. Het probleem dat ze veroorzaken en de noodzaak om ze te gaan vangen. Toch is er voldoende aanleiding om dit onderwerp opnieuw in de nieuwsbrief op te nemen. De waterkwaliteit in de Krimpenerwaard gaat sterk achteruit. In veel watergangen groeit niets meer! En de bestrijding lijkt ver weg.
Media-aandacht
Agnes van Zoelen, dagelijks bestuurder namens Water Natuurlijk, heeft de afgelopen maanden aandacht gevraagd voor het onderwerp. Een persbericht over de pilot in Berkenwoude heeft veel media aandacht gekregen en heeft naast verschillende artikelen in kranten (https://www.ad.nl/rotterdam/amerikaanse-rivierkreeft-in-krimpenerwaard-pittige-slag-toegebracht-80-000-stuks-uit-15-kilometer-sloot-gevist~ad41f8c1/) ook gezorgd voor een gesprek bij vroege vogels met ambtenaar Johan van Tent.
Het probleem is enorm!
Kort samengevat: het probleem is enorm! Er zijn naar schatting 10 miljoen kreeften in de Krimpenerwaard. 10 jaar geleden waren in 90% van de sloten in de Krimpenerwaard ondergedoken waterplanten aanwezig. Dit is met name de afgelopen 4 jaar desastreus afgenomen tot nog maar 5%. Ook komt er steeds vaker en op meerdere plaatsen blauwalg (cyanobacteriën) voor. Zo gaan we de doelen uit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) nooit bereiken en zeker niet voor 2027.
Daarnaast kalven oevers af en neemt de baggeraanwas toe. Enorme schade aan het watersysteem en voor de grondeigenaren die hun land zien verdwijnen. Dit zijn vaak melkveehouders. Ook lopen de koeien risico om weg te zakken in de kapot gegraven oevers en kunnen ze geen slootwater drinken als er blauwalg aanwezig is.
Bestrijding blijft uit
Genoeg reden zou je zeggen voor het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) om de bestrijding nu echt voortvarend op te starten. De heer Boswijk, Tweede Kamerlid van het CDA, stelde de minister op 11 mei diverse vragen over de bestrijding van Amerikaanse rivierkreeften. In deze vragen verwijst de heer Boswijk ook naar de pilot in de Krimpenerwaard.
Uit de antwoorden van minister Staghouder van 11 mei lijkt vooralsnog weinig urgentiebesef aanwezig te zijn. Daarnaast ziet de minister slechts een taak voor het ministerie in het beheersen van de populatie door de beroepsvissers en ziet hij geen aanleiding om op korte termijn te starten met het bestrijden van de kreeften.
“De waterschappen vinden dat de verantwoordelijke partij, het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het voortouw moet nemen om het kreeftenprobleem aan te pakken.”
En daar zijn wij het als Water Natuurlijk volstrekt mee eens.
Dilemma
De omvang en de urgentie van het probleem vraagt een snelle en grondige aanpak. Die erg duur zal zijn. De minister lijkt voorlopig niet te willen gaan bestrijden en wijst nadrukkelijk naar de waterschappen. Dit is reden voor ons om samen met diverse partijen en andere waterschappen de druk op te voeren richting het ministerie. Zij hebben jarenlang de beheersing niet goed aangepakt, waardoor het probleem uit kon groeien tot de ramp waar we nu mee opgescheept zitten. Echter is de vraag of het ministerie snel in beweging zal komen. Enerzijds gezien de stelligheid van de antwoorden op de Kamervragen en anderzijds gezien alle andere crisissen waar het kabinet voor gesteld staat en waar het ministerie van LNV ook een rol in heeft.
Als waterbeheerder, maar ook alle andere belanghebbenden (agrariërs, gemeenten, enzovoorts), zitten wij (lees ook de andere waterschappen) met het enorme probleem. En afwachten tot we het ministerie in beweging krijgen voelt niet goed. We willen dat de Amerikaanse rivierkreeften bestreden gaan worden.
Daarom gaan we naast het opvoeren van de druk richting LNV en de pilot die we al doen rond Berkenwoude verder met het in beeld brengen van het probleem en naar het zoeken van mogelijkheden die bijdragen aan de oplossing. Zo gaat de organisatie van het hoogheemraadschap verder met het in kaart brengen van de prioritaire gebieden. Ook gaan we, als algemeen bestuur, met alle spelers in het veld het gesprek aan om te kijken waar zij tegenaan lopen en wat zij voor kansen zien om van de bestrijding een succes te maken.
Hopelijk leveren de gesprekken nieuwe ideeën en denkrichtingen op, zodat we en LNV in beweging krijgen en we zodra dit het geval is, snel en succesvol kunnen starten met de bestrijding in de Krimpenerwaard en het beheersen in heel Schieland en de Krimpenerwaard.
